Bij Zorggroep Guislain werken vijf stafmedewerkers zorg. Ze geven het zorgbeleid mee vorm en ondersteunen bij de uitvoering ervan. Eén van hen is Tom Bogaert. Hij is klinisch psycholoog en psychiatrisch verpleegkundige en werkt intussen al 16 jaar voor de Zorggroep.
“In mijn laatste jaar als student verpleegkunde liep ik enkele maanden stage op De Klip, het huidige Motu, een afdeling van het PZ Dr. Guislain voor mensen met een psychotische problematiek. Het werkplezier, de sfeer en de voldoening die ik daar ervaarde, maakten dat ik graag wilde blijven werken in de organisatie. Dus toen de toenmalige zorgdirecteur me een contractvoorstel deed, moest ik er niet lang over nadenken."
Tom is als stafmedewerker zorg onder meer verantwoordelijk voor de dossiers GOMA (Geweldloos Omgaan met Agressie) en suïcidepreventie en voor het incidentmeldsysteem. Hij geeft vormingen, schrijft procedures, protocollen en handleidingen, analyseert patiëntveiligheidsincidenten en is ook voorzitter van de werkgroep Helende Omgeving en de vakgroep Verpleegkundigen in de Psychiatrie. “De afwisseling, de autonomie, de mogelijkheid om te wegen op het beleid, het vertrouwen en de kansen die ik krijg, maken dat ik mijn job graag doe. Ik ervaar veel ondersteuning en zorgzaamheid vanuit het directieteam, en de contacten met de directe maar ook de minder directe collega’s zijn heel fijn.”
“De waardering die je krijgt van andere collega’s geeft heel veel voldoening. Positieve feedback na een vorming bijvoorbeeld, of op een voorstel dat je uitwerkte. Dat is zeker niet vanzelfsprekend. Want als stafmedewerker moeten we al eens minder aangename verwachtingen aankondigen, checken en blijven checken of dingen wel goed geïmplementeerd zijn, blijven we hameren op kwaliteitsverbetering. Als wij verschijnen of mailen, betekent dat vaak extra druk en werk voor de medewerkers ‘op de vloer’. Maar ik hoop dat alle collega’s weten dat we in wat we willen realiseren, altijd rekening houden met de realiteit van de werkvloer. Ik probeer in elk geval altijd ruimte te maken om in gesprek te gaan.”